Relatieproblemen

Klachten

Ruzies, soms steeds weerkerende ruzies, over één en hetzelfde onderwerp, vaak ook over telkens weer andere kleinigheden. Het lukt kortom niet om tot een voor beiden aanvaardbare oplossing te komen wanneer er een meningsverschil is. Niet altijd leidt dit onvermogen samen problemen op te lossen tot openlijke strijd. Soms is de angst voor conflicten zo groot dat er een akelige stilte ontstaat. De fricties komen vooral aan de oppervlakte in een uitwisseling van bedekte toespelingen of in de weigering iets te doen of laten voor de ander.

 

Wat is er aan de hand

Heel in het algemeen kan gesteld worden dat er een gebrek is aan probleemoplossend vermogen. Er wordt niet effectief onderhandeld. Partners reageren defensief, ze proberen hun gelijk door te drukken en hebben geen open oor voor het standpunt van de ander.

Hoe mensen verzeild raken in zo’n patroon van druk uitoefenen en het toepassen van communicatieve trucs is niet zomaar in het algemeen te vertellen. Voor een deel heeft het te maken met verwachtingen die mensen meenemen als ze de relatie beginnen. Het gaat daarbij meestal om verwachtingen die zo vanzelfsprekend zijn voor die persoon dat hij of zij ze nog nooit in woorden geformuleerd heeft. Geen van beiden kan in zo’n geval meteen zeggen waar het aan schort. Voor een deel leiden teleurstellingen die beiden hebben opgelopen ín de relatie tot verwijten, verzet en onwil.

 

Therapie

Het belangrijkste doel in de relatietherapie is het vergroten van probleemoplossend vermogen. Voorwaarde hiervoor is dat beide partners elkaar de oude teleurstellingen kunnen vergeven, althans tot op zekere hoogte en dat de communicatie wordt hersteld. De partners krijgen manieren aangereikt om effectiever te overleggen over meningsverschillen. De partners gaan oefenen met onbevooroordeeld luisteren. Met een samenvatting laten ze elkaar weten dat de boodschap ontvangen is. En tenslotte worden wederzijds suggesties voor een oplossing uitgewisseld zonder dat de suggesties van de ander worden bestreden.

Relatietherapie is alleen zinvol wanneer beide partners nog wat voor de ander voelen. Een gebrek aan affectie leidt bijna steeds tot een therapie waarin de partners elkaar niet (her)vinden. Als er genoeg affectie aanwezig lijkt te zijn volgt een inventarisatie van conflictpunten en van niet functionele communicatieve patronen. Vaak moeten er nog harde noten gekraakt worden voor de partners zich weer genoeg met elkaar verzoend hebben en er voldoende vertrouwen is, om opnieuw constructief te reageren op de ander.